‘Moeder van drie, zelfstandig, met een passie voor drummen en zangeres in een band. Open voor een ongecompliceerde, woeste man. Voorzien van een stoppelbaardje, passie voor muziek en, oh ja... bij voorkeur een ondernemersgeest. Mijn hoofd staat namelijk altijd aan en open voor nieuwe ideeën. Daar moet je tegen kunnen.’
Zo zag mijn online datingprofiel er ongeveer acht jaar geleden uit. Na een reeks enerverende date-ervaringen, trof ik daar ineens een appetijtelijk ogende Indo-man. Pfieuww... Met mijn oma in mijn achterhoofd, die altijd zei: "Een mooie man heb je nooit alleen"; ging ik tijdens de chat naarstig op zoek naar dé adder onder het gras.
De eerste indrukken
Alles passeerde de revue. Van een lichaamsgeur waar je eetlust van vertrok tot mannen die nog steeds getrouwd waren of een voorliefde hadden voor wat out-of-the-box slaapkameractiviteiten. Ik kwam er maar niet achter. Tot ik op een foto, vlak voor onze eerste date, dé adder vond... jawel, een scheve ondertand.
De tandheelkundige tic
Alle alarmbellen gingen af. U moet weten, ik werk al vanaf mijn 16e in de tandheelkunde en heb daardoor de ronduit belachelijke tic ontwikkeld dat ik drie dagen oud ondergoed minder erg vind dan een issue aan een gebit. En nee, dan bedoel ik niet alleen een kunstgebit, maar dus zelfs een scheve tand.
Een veranderend beeld
Na een gezellige ontmoeting in een wijnbar in Utrecht, was mijn interesse gewekt. De schrik omtrent dé tand had plaatsgemaakt voor een paar prachtige bruine ogen, passie voor gitaar spelen en... een ondernemersgeest. Geest, in zeer letterlijke zin namelijk; een uitvaartondernemer. Ik, de altijd über-positieveling, ineens in gesprek met de donkere kant van het leven.
Hoewel ik bij voorkeur zo ver mogelijk bij de dood vandaan wilde blijven, was ik toch nieuwsgierig. Mijn beeld van een saaie grijze muis in een zwart pak, statig en autoritair, klopte van geen kant. Bij dit type man snap ik dat de dames het jammer vinden dat de billen pas gewassen worden na het overlijden... (deze uitspraak heeft echt plaatsgevonden door een groepje wat ondeugende oudere dames op een uitvaart).
De wereld van de uitvaart
Hij nam mij mee in de wereld van een uitvaartondernemer. De wereld van dood en verdriet, maar ook het bijzonder intense contact met de naasten wat je in korte tijd realiseert, om zo tot een persoonlijke uitvaart te komen. En dat het soms doodstil en soms stervensdruk is. Een niet of nauwelijks planbaar leven dus.
Nou, dat was een match. Ik heb namelijk ook een allergie voor plannen. Toch heb ik mij nooit echt gerealiseerd hoe dit vak ook mijn leven als partner zou beïnvloeden. En zeker niet dat één van de moeilijkste keuzes in mijn leven ook al zo snel voor de deur zou staan...
Inside Information
‘Moeder van drie, zelfstandig, met een passie voor drummen en zangeres in een band. Open voor een ongecompliceerde, woeste man. Voorzien van een stoppelbaardje, passie voor muziek en, oh ja... bij voorkeur een ondernemersgeest. Mijn hoofd staat namelijk altijd aan en open voor nieuwe ideeën. Daar moet je tegen kunnen.’
Zo zag mijn online datingprofiel er ongeveer acht jaar geleden uit. Na een reeks enerverende date-ervaringen, trof ik daar ineens een appetijtelijk ogende Indo-man. Pfieuww... Met mijn oma in mijn achterhoofd, die altijd zei: "quot;een mooie man heb je nooit alleen"; ging ik tijdens de chat naarstig op zoek naar dé adder onder het gras.
De eerste indrukken
Alles passeerde de revue. Van een lichaamsgeur waar je eetlust van vertrok tot mannen die nog steeds getrouwd waren of een voorliefde hadden voor wat out-of-the-box slaapkameractiviteiten. Ik kwam er maar niet achter. Tot ik op een foto, vlak voor onze eerste date, dé adder vond... jawel, een scheve ondertand.
De tandheelkundige tic
Alle alarmbellen gingen af. U moet weten, ik werk al vanaf mijn 16e in de tandheelkunde en heb daardoor de ronduit belachelijke tic ontwikkeld dat ik drie dagen oud ondergoed minder erg vind dan een issue aan een gebit. En nee, dan bedoel ik niet alleen een kunstgebit, maar dus zelfs een scheve tand.
Een veranderend beeld
Na een gezellige ontmoeting in een wijnbar in Utrecht, was mijn interesse gewekt. De schrik omtrent dé tand had plaatsgemaakt voor een paar prachtige bruine ogen, passie voor gitaar spelen en... een ondernemersgeest. Geest, in zeer letterlijke zin namelijk; een uitvaartondernemer. Ik, de altijd über-positieveling, ineens in gesprek met de donkere kant van het leven.
Hoewel ik bij voorkeur zo ver mogelijk bij de dood vandaan wilde blijven, was ik toch nieuwsgierig. Mijn beeld van een saaie grijze muis in een zwart pak, statig en autoritair, klopte van geen kant. Bij dit type man snap ik dat de dames het jammer vinden dat de billenpas gewassen worden na het overlijden... (deze uitspraak heeft echt plaatsgevonden door een groepje wat ondeugende oudere dames op een uitvaart).
De wereld van de uitvaart
Hij nam mij mee in de wereld van een uitvaartondernemer. De wereld van dood en verdriet, maar ook het bijzonder intense contact met de naasten wat je in korte tijd realiseert, om zo tot een persoonlijke uitvaart te komen. En dat het soms doodstil en soms stervensdruk is.
Een niet of nauwelijks planbaar leven dus. Nou, dat was een match. Ik heb namelijk ook een allergie voor plannen. Toch heb ik mij nooit echt gerealiseerd hoe dit vak ook mijn leven als partner zou beïnvloeden. En zeker niet dat één van de moeilijkste keuzes in mijn leven ook al zo snel voor de deur zou staan...
Twee rood aangelopen koppies, tong op standje zijwind uit de mond, scheuren op hun speelgoedauto’s door de gang naar de aula van het Uitvaarthuis. Oma duikt nog net op tijd de ‘vangrail’ (lees: plantenbakken) in en ontloopt zo een vroegtijdig koffie-met-cake-moment in eigen huis. Ook ik waag mijn leven om even iets aan mijn man te vragen, die op dat moment in een andere ruimte een overledene de koeling in rijdt. Tijdens ons gesprek voel ik ineens een autobumper tegen mijn kuiten tot stilstand komen. Ik draai me om en kijk in twee ietwat verbaasde snoetjes. Na wat krekelgeluiden komt de vraag: “Waarom slaapt die mevrouw in de koelkast?”
We leggen in kindertaal uit dat de mevrouw niet slaapt en waarom ze zich in een ietwat kille omgeving bevindt. Tevreden met het antwoord verlaten ze de ‘pitstraat’ en gaan weer over tot de orde van de dag: de race.
De uitdaging van kinderopvang
Kinderopvang, we hebben het geprobeerd. Maar op de tijden dat ze bij de gastouder waren, was er geen uitvaart en op zowat ieder ander moment natuurlijk wel. Na veel frustratie en onmogelijke bochten hebben we besloten om de opvang van de meiden maar ad-hoc aan te vliegen en te stoppen met plannen. Het hele gezin helpt mee Iedereen in het bedrijf heeft zijn of haar eigen kracht en werkzaamheden. Dit zorgt ervoor dat er vaak wel iemand een momentje heeft om op de meisjes te letten als er onverwacht een overlijden gemeld wordt en ik ook aan het werk ben. Het leuke is dat ook echt ieder gezinslid hieraan bijdraagt. Zo kwam ik een keer binnen en aanschouwde het tafereel dat onze jongste dochter op de knie van haar stoere oom (normaal chief koffie) zat, en voor de 23e keer ‘Hand in Hand Kameraden’ aanhoorde. Ze was overigens een half jaar oud, lachte breeduit en had het zichtbaar naar haar zin.
Kinderen en hun kijk op de dood
Ik denk dat wij als volwassenen veel kunnen leren van de manier waarop kinderen tegen de dood aankijken. De meisjes leren spelenderwijs over de dood, doordat ze vaak in het Uitvaarthuis te vinden zijn. Ze merken onze rust en met altijd een antwoord op vragen die ze stellen, zijn ze geen moment angstig geweest. Als ze papa zien rijden met een overledene in de kist, helpen ze op hun manier een handje door mee te duwen en weten ze ook dat ze op bepaalde momenten even stil moeten zijn in een andere ruimte, als papa de verdrietige mensen helpt en troost.
School en het vak van papa
Sinds enige tijd zitten de meisjes beiden op de kleuterschool. Inmiddels hebben we ondervonden dat het fijn is dat ook de juf bekend is met het beroep van papa. Immers blijven het toch twee kleuters die alles in kleutertaal ventileren. Op een normaliter onschuldige vraag in het kringgesprek: “Wat ligt er bij jullie in de koelkast?” ontstaat er toch een enigszins ongemakkelijke en verdachte situatie op het moment dat één van de meisjes zegt: “Mensen.”
En dan laatst mijn dochter op de achterbank van de auto: “Op school gingen we vertellen wat je papa doet voor werk. Mijn papa maakt toch mensen dood, mama?”
Mocht u vragen hebben, meneer de politieagent… Koffie en cake staan voor u klaar….